Selecteer een pagina

Poëzie

Op deze plaats verschijnt iedere maand een nieuw gedicht. Deze zijn geschreven door leden van Poëzie Voorschoten, of zijn anderszins nauw verbonden met de stichting.

Alle gedichten die hier verschijnen, zijn tevens geplaatst in de Voorschotense Krant. Door de gedichten zowel in de maandelijkse krant als op deze website te plaatsen, hopen we de lezer meermaals te laten genieten van de schoonheid van poëzie.

Met deze verzameling ontstaat er geleidelijk een bundel met lokale gedichten van lokale gezichten!

December 2024

VOORSCHOTEN OP DE BERG

Op 1 maart 1996- een vrijdag, exact!
Begint iets waarnaar u reeds lang hebt gesnakt
Geen uitsmijtersbal of ivoordraaiersrace
Maar kunst, in het pand dat terecht heet Arts Place
Aan Vijverberg (Lange) biedt huisnummer 3
Een toonbeeld van vaardigheid en fantasie
Uit Voorschoten brachten, manhaftig te moe
Wel vijftien personen hun werk hiernaartoe
Suzanne en Yacov, Lichel en Bettien
Giel, Eelkjen, Siet, Fanny- ook Petra, Dorien
En Ankie en Mabel, voorts Eril en Nel
En Jurjen verschijnen dus op het appel
"Het is een tentoonstelling!" roept u verrast
"Daarop worden wij, ik begrijp het, vergast!

Drs. P (1919-2015) Een ode aan de toenmalige beeldende kunstenaars uit Voorschoten waarvan Nelli Kol een dichteres was. Het gedicht is op 1 maart 1996 gepubliceerd in een boekje ter gelegenheid van de tentoonstelling van de Voorschotense Kunstkring

November 2024

Verloren

Ik lees een boek, ik schrijf een brief,
Ik kom bij jou, wij praten.
Die dingen zijn mij even lief;
Ik kan ze ook wel laten.

Het voorjaar buiten is altijd zoel,
Maar niet dat wilde wonder
Toen ik weg wou gaan, alleen en koel;
Nu kan ik ook wel zonder.

Ik meende aan ’t strand te zijn geboren,
Mijn huis te hebben in het duin.
Dat alles is al lang verloren,
Nu voer ik meeuwen in mijn tuin.

Clara Eggink (1906-1991)

oktober 2024

DE DICHTER

Heet mij niet lui, omdat ik vaak
de dagen in een nietsdoen slijt.
De kleine plicht die ik verzaak
is van geen nut, verdient geen vlijt.

Wat mij steeds heeft teleurgesteld
heeft anderen tot eer gestrekt.
De mierenarbeid om wat geld
heeft slechts in mij geen drift gewekt.

Toch liggen in mij krachten braak.
Misschien dat't eens een tijd behaagt
ook mij te dwingen tot een taak:
Titanenwerk dat niemand vraagt.

Clara Eggink (1906-1991)

september 2024

Voorschotensch Paradijsje

Ik dreef in mijn bootje al op den vliet,
en vond in het ruischende oeverriet
een holleken, knus en alleene.
De golfjes kabbelden oeverwaard,
zoo stille, zoo trage. zoo Hollandsch-bedaard;
een vogelken vloog langs mij heen.

en 't zong er zijn lustige lentewijs
zoo jolig, als waar' het in 't Paradijs.
O vogelken, o lief diertje,
wat heb je mij toch een goed gedaan,
met zoo vroolijk en vriendelijk uit te slaan
je schuldeloos levenspleziertje!

Nellie van Kol (grootmoeder van drs P)
gewoond in voorschoten (1851 -1930)

juli 2024

De laatste zonnestralen

Als de laatste zonnestralen
de aarde liefdevol toedekken,
de nacht het rumoer
van onze daden overmeestert,

leg ik mij neer bij jou
liefste onbekende.
Pas dan delen wij de nacht
onze diepste gedachten, elkaar.

Of niet …

En dromen wij onze eigen droom
alleen, verlaten, eenzaam en gewond.
Onze ziel verduisterd
en met een verstopt hart.

Een hart dat pas weer gaat kloppen,
zich kan openen op het ritme
van jouw levensstroom,
toegang geeft aan jou.

Als de eerste zonnestralen
de aarde tot leven wekken
en duistere dromen verdrijven,

keren wij ons om naar elkaar,
onze blik op de ander gericht,
ons hart vol van de ander.

Poul Gelderloos ( Bangkok,1955) Gewoond in Voorschoten

juni 2024

GOEDE DOOD

Goede Dood wiens zuiver pijpen
Door 't verstilde leven boort,
Die tot glimlach van begrijpen
Alle jong en schoon 

Voor wien kinderen en wijzen
Lachend laten boek en spel,
Voor wien maar verkleumde grijzen
Huivren in hun kille cel, —

Mij is elke dag verloren,
Die uw lokstem niet verneemt;
Want dit land van most en koren
Is mij immer schoon en vreemd;

Want nooit beurde ik hier te drinken
't Water dat de ziel verjongt,
Of van dichtbij hief te klinken
't Verre wijsje dat gij zongt:

Alle schoon dat de aard kan geven,
Blijkt een pad dat tot u voert,
En alleen is leven leven
Als het tot den dood ontroert.

P.C. Boutens (1870-1943)
uit: Stemmen (1907)

mei 2024

De spreken-is-zilverfabriek

ze ademt zacht zinderend zilver uit
we kijken stil, het zwijgen is gesmeed
in onze monden, is gesmeed in
al het uitstrekkend wit

we proberen het: rekken onze ruggen, tenen,
tongen, maar het zijn slechts tengere schaduwen
die deze staat van lengte kunnen bereiken
met hun oude, stenen huid

glorend aan de beginselen van een maakbare eeuw
smeden we taal in dertig glimmende tinten
blakend in het licht van een hedendag

spreek van alles, zeggen we dan
ze knikt na jaren zwijgen mee: spreek van alles,
wees zilver, wees bitter (als het moet)

Sanne Lolkema

april 2024

De bakker van de hoek

1945

Bij het prille begin van de zomer kwam hij thuis,
vel over been, in kleren van een boer
die hem in zijn veld gevonden had.
Na de waanzin van het kamp, de beulen,
de felle kou, honger, ziekte, dorst,
het zinloos zware werk, het sterven om hem heen.
Zijn lijf bleef leven, ten koste van zijn geest
Van alles wat hij miste, miste hij zichzelf het meest.

Weer thuis. Vrouw, kind, de mensen in de straat.
Hij zweeg, want wie zou het begrijpen?
'Je leeft toch nog, wees blij', zo troostten zij.
Maar vreugde was voor hem voorgoed voorbij
Het kamp was met hem mee gereisd.
's Nachts als hij weggleed in de slaap
was hij weer daar, en schreeuwde het uit.

Hij bakt het brood zoals hij ooit gewend was
bij elk brood denkt hij aan een kameraad
Brood doet leven, meer dan hoop, zo weet hij,
en alleen gedachten zijn tolvrij.

2024

'Dit nooit weer' - het lijken lege woorden
want nog altijd gaat het moorden door.

Twee minuten stil om te gedenken
Laat elk hart een huis voor vrede zijn.

Cobi Nieuwstad (Gorinchem, 1949)

Ter herinnering aan de razzia van oktober 1944 te Gorinchem waarbij 100 willekeurige Gorcumers werden opgepakt. Deze gebeurtenis is gedocumenteerd in het boek Fatale Afgunst, auteurs Ruth de Jong en A.M. van Weelden.

maart 2024

STILLEVEN

 

Wij hebben een kat,
die ligt op een kleedje,
zijn pootjes zijn zwart,
zijn kop trilt een beetje.

Áls 'ie je hoort,
dan spitst 'ie één oor,
want twee tegelijk,
daar is 'ie te moe voor.

Soms kijkt hij mij aan,
-zijn snorharen beven-
en mauwt dan, geluidloos:
"het duurt nog maar even".

Steven Beij, (1952-)

Februari 2024

DICHTER BIJ MIJN HART

 

Ik zie je
Niet vaak
Maar jij
Ziet mij
Altijd
Je zei
Knuffel me
Linkerschouder
Dan ben jij
Dichterbij
Mijn hart

Uit: Gedicht op Zondag. Andy (1983). Andy (Annemarie van Duijn) woont in Voorschoten

December 2023

WINTERDAUW

 

Als ik loop
knoop ik
nee, doop ik
de schaduw
in de warmte
van mijn winterjas

Ine Duijnkerke (geb. 1988)

November 2023

BIJ KAARSLICHT

 

De kaars brandt in de fles,
de fles staat op de bar,
zondagavond-stil
zitten we samen.

Ik zie hoe de kaars brandt
in de ruimte die het zwijgen
ons laat; het wordt later
en naar ik hoor, stiller nog.

En zittend zie ik hoe de kaars brandt,
hoe de vlam rilt.

Steeds zie ik
hoe de kaars brandt,
hoe de tijd smelt
en verdampt.

Cobi Nieuwstad (1949)

Oktober 2023

BOZE BUIEN

 

Als de wereld nog heel groot is
en je zoveel niet begrijpt
niets kunt volgen van gesprekken,
of straks, wat betekent dat in tijd

Dan barst je en dan huil je
valt van woede op de grond
in jouw ogen gloeit een vuur
en dat spuugt nu in het rond

Je trappelt en je kronkelt
wil het liefst echt niet bij mij
en je worstelt en dat geeft niet
want je bent nog maar zo klein

Ik snap niet alles denk ik
ook al denk ik dat soms wel
help me mama, zing iets
dan verdwijnt de bui vast snel

Na een poosje word je stiller
legt je handje op mijn schoot
til me mama, til me
want ik ben nog niet zo groot

Mijn arm gaat om jouw lijfje
om dat grote hart van jou
en ik glimlach en ik huil wat
om mijn kleine vurenvrouw

Ine Duijnkerke (geb. 1988)

September 2023

Een liefde

Mijn liefste, mooiste, laat me je omringen.
Jij bent van schoonheid de verdraaide naam.
In cirkels dwaal ik rond je wentelingen.

Dichter dan bij jou ben ik nog nooit
Bij iemand anders ooit geweest. Voltooid.

Twee kleine stenen makend grote kringen
Tot een lemniscaat. We vloeien samen.
En liefde zwijgt en laat zich niet bedwingen.

Wouter Ydema 1983

Augustus 2023

Weekend van Voorschoten

Snoepen van cultuur
in eigen dorp
wie komt daarop?
In het weekend van
Voorschoten
kom je pas los
op de kunst-cultuur
en verenigingsmarkt.
Het weekend is de
ultieme en unieke
mogelijkheid
om leden en
vrijwilligers te
verenigen.
Benut die unieke kans
en breek een lans
voor het weekend
van Voorschoten.
Dat mag de cultuurfabriek
graag horen, want dat
klinkt als muziek in de oren.

Henri Boshouwer Kroet

juli 2023

Mens

Wie raakte
De kern
Van jouw hart
Zo
Dat de pijn
Een bodem
Voor angst werd

Wat maakte
De klank
Van jouw stem
Los
Van de liefde
Jagend
Naar macht

Maar kracht
Begint niet
Waar jij bent
Een mens
Die
Een mens
Niet herkent

juni 2023

Blinde vlekken

Eens zie je blinde vlekken
voor je ogen.
Die hebben je letterlijk bedrogen.
Wat je in deze woorden ziet,
er staat wat er staat
en zelfs dat niet.
Maar wat er achter
vandaan kan komen
daar kun je
wel naar gissen.
Dan kijk je goed
wat blinde vlekken
met je doen.
Ze kijken niet,
want ze zijn blind
en niemand die
ze ziet
of naar ze kunnen kijken.
Of zijn het onze kinderen
die enorm op ons lijken?
Wat wij zelf niet durven
zijn of beleven.
Feilloos laten zij onze
blinde vlekken zien,
want in je kind kun je soms
echt jezelf terugzien.

Henri Boshouwer Kroet

Mei 2023

Ochtendschemer

De snaren van het firmament
staan in het grijs van de morgen gestemd.
In de bermen sluimert de nacht nog wat na.
Berenklauw staat mistwit opgericht, langzaam verschaalt het licht.
Geen klank wordt in de stilte gebracht van dit landschap dat ademend wacht.

Cobi Nieuwstad (1949)
Uit de bundel Nachtland, verkrijgbaar bij Boekhandel De Kler in Voorschoten.

April 2023

Stilte

Wie deze week naar buiten kijkt
ziet de stralen, ruikt de zon
het licht nog voor de dag begon
de lente luidt de zomer in
de bloesem groeit aan onze bomen
we voelen het, een nieuw begin

Er vliegt een vogel, ze lijkt wat stil
bloemen fluisteren hun lentelied
de madelieven zeggen niets
diepe sporen in het gras
in het donker werd het donker
in het weiland glinstert glas

Voorschoten, het dorp van rust
het dorp van ruimte en van groen
het dorp van altijd iets te doen
nog zoveel reizen voor de boeg
- nu is er stilte bij het spoor
die stilte zegt precies genoeg
.

Ine Duijnkerke, (geb. 1988)

Maart 2023

Boeddha

Alles loslaten,
goed, kwaad, tijd en eeuwigheid - 
leert de Ontwaakte.

Steven Beij, (1952-)

Februari 2023

Leven

tante is op dieet
om het vetgehalte op peil te houden
consumeert ze nu
de vetplantjes uit
het raamkozijn

de aardappels die ze
kookt
zijn archeologische vondsten

en leven noemt ze sinds kort
het voorzichtig proeven van gebak

je mag er niet mee knoeien

Steven Beij, (1952-)

Januari 2023

Roeping

zo’n eenvoud die uit armoe voortkomt
en een spreuk aan de wand
“het schuim van de handel
is altijd nog meer waard dan het goud van de arbeid”
als een herinnering aan
een waarschuwing voor
dat hij zijn verzen niet verkoopt
waar hij zo hard aan heeft gewerkt
dat de zon zich niet meer of minder bekommert
om hem als om de mensen om hem heen
dat het noodlot hem leidt die wil
en sleept die niet wil

Wouter Ydema (geb. 1983)

December 2022

Jaarringen

Ik koester iedere lijn
Ze vertellen mij
jouw verhaal
Levenslijnen

Cirkel voor cirkel
ontvouwt zich
jouw leven
jaarringen

Pas als de boom
geveld is
kun je zijn jaren
berekenen

Welke waren
van grote waarde
Welke getuigen
van grote pijn
Welke waren
rijk en goed

Anne Remijn (geb. 1967)
Jaarringen (bundel Rouwen tussen eb en vloed uit 2019)

November 2022

Faam

Toen hij die fraaie regels las
ontzonk hem de moed,
hij zou dat nooit kunnen.

Hier bood slechts een half woord houvast,
daar ontbrak een komma
Metaforen werden hyperbolen
Maar opgeven !?

Als een zerk rechtte hij zijn rug,
en met opééngeklemde kaken schreef hij:
om des dichters dooie dood niet.

Steven Beij (1952)

Oktober 2022

De metropool

Als ’s nachts de lantaarns
een zwak schijnsel
werpen op de keien in de
straat
verheffen zich bomen
als reuzen
dichtbij de blauwe
Poorten van de metropool

Thuis

Welk pad ik ook insla
Welke route ik ook kies,
Ik voel mij altijd thuis,
Want mijn thuis is waar ik ga.

Henri Boshouwer Kroet (1946)

September 2022

Misschien Parijs

Ik stond stil
Om te kijken naar een trein
Vroeg me af hoe het zou zijn
Een kleine reis
Misschien Parijs
Vanmiddag op Montmartre
Een croissant op het terras
Op zon schattig
Krakkemikkig
Stoeltje in de zon
Een praatje in het Frans
Als ik het kon
Ik stond stil
Om te kijken naar een trein
En was precies
Daar waar ik even wilde zijn

Annemarie van Duijn