Selecteer een pagina

Poëzie

De bakker van de hoek

1945

Bij het prille begin van de zomer kwam hij thuis,
vel over been, in kleren van een boer
die hem in zijn veld gevonden had.
Na de waanzin van het kamp, de beulen,
de felle kou, honger, ziekte, dorst,
het zinloos zware werk, het sterven om hem heen.
Zijn lijf bleef leven, ten koste van zijn geest
Van alles wat hij miste, miste hij zichzelf het meest.

Weer thuis. Vrouw, kind, de mensen in de straat.
Hij zweeg, want wie zou het begrijpen?
‘Je leeft toch nog, wees blij’, zo troostten zij.
Maar vreugde was voor hem voorgoed voorbij
Het kamp was met hem mee gereisd.
’s Nachts als hij weggleed in de slaap
was hij weer daar, en schreeuwde het uit.

Hij bakt het brood zoals hij ooit gewend was
bij elk brood denkt hij aan een kameraad
Brood doet leven, meer dan hoop, zo weet hij,
en alleen gedachten zijn tolvrij.

2024

‘Dit nooit weer’ – het lijken lege woorden
want nog altijd gaat het moorden door.

Twee minuten stil om te gedenken
Laat elk hart een huis voor vrede zijn.

Cobi Nieuwstad (Gorinchem, 1949)

Ter herinnering aan de razzia van oktober 1944 te Gorinchem waarbij 100 willekeurige Gorcumers werden opgepakt. Deze gebeurtenis is gedocumenteerd in het boek Fatale Afgunst, auteurs Ruth de Jong en A.M. van Weelden.